Skip to main content

Met Kerstmis naar Den Haag


In 1939 besloten burgermeester de Monchy en zijn wethouders in samenwerking met de Haagse VVV de Residentie om te toveren tot Kerststad van Nederland. Onder de leuze ‘Met Kerstmis naar Den Haag’ wilden de initiatiefnemers de Nederlandse bevolking ertoe bewegen om de feestdagen in onze stad door te brengen. In plaats van een uitstapje naar de traditionele kerststeden Brussel en Parijs. 

De Haagse middenstand, horeca en de kunst- en amusements-wereld reageerden zeer verheugd. Men hoopte met het plan vele bezoekers te trekken die al dan niet hun portemonnee zouden openen. Ook de spoorwegen en de HTM zagen er wel brood in en verleenden hun medewerking. Na overeenstemming van alle partijen werd op initiatief van VVV-directeur Woltjer enkele commissies benoemd die zich bezig zouden houden met diverse aspecten van het Haagse kerstfeest. De commissie voor de stadsversiering had het geluk dat de architect van de Haagse Gemeentewerken, de heer Van Zeggeren, als adviseur betrokken werd. Twee jaar eerder had hij bij het huwelijk van prinses Juliana de koninklijke aankleding van het stadhuis in goede banen geleid. Samen met de bekende Haagse bloemenkweker de heer Hoogeveen werd het plan ontwikkeld om op belangrijke punten in de binnenstad versieringen en kerstbomen te plaatsen. 

Onder de studenten van de Haagse Academie voor Beeldende Kunsten werd een prijsvraag uitgeschreven om een stemmings-volle affiche te bedenken die in een oplage van duizenden exemplaren over het land verspreid zou worden. Daarnaast werd er een pakkende folder ontworpen met allerhande informatie over het Haagse kerstfeest. Begin december werden in de achterhoek tien enorme naaldbomen uitgezocht en naar Den Haag overgebracht. De reuzen werden onder het toezicht van vele nieuwsgierigen geplaatst op het Binnen- en Buitenhof, de Kapelsbrug, voor Paleis Voorhout, op het Plein en bij de stations Staats- en Hollands Spoor. Op de Vijverberg langs de Hofvijver kregen drie exemplaren een onderkomen. De kerstboom op het Binnenhof voor de Ridderzaal werd met echte kaarsen opgetuigd. De overige bomen werden versierd met witte ballen en lampen. Om de sfeer te vergroten, werden de gevels van het Binnenhof aan de Hofvijverzijde en het standbeeld van koning Willem II rood belicht. Straten en pleinen in de Binnenstad werden sfeervol versierd en etalages werden in een feestelijke stemming gebracht. Op beide kerstdagen zorgden de binnenverlichting van de Ridderzaal en in de Grote Kerk op straat voor een romantisch schouwspel. Uit de Haagse Toren klonken kerstklanken die over een groot deel van de stad goed te horen waren. De schouwburgen en concertzalen brachten een rijk gevarieerd kerstprogramma. De bioscopen draaiden de nieuwste familiefilms en in de restaurants werden feestelijke maaltijden geserveerd. Op een aantal pleinen werden kerstliedjes gezongen en rook het naar winterse lekkernijen.

De verwachtingen waren vooraf hooggespannen. Stadsbestuur, VVV en ondernemers hoopten op een groot aantal bezoekers. Dat gebeurde ook. Het Haags kerstevenement werd een groot succes en trok mensen uit het hele land. Hotels waren goed bezet. Restaurants en cafés hadden geen tafels meer vrij. Winkeliers deden uitstekend zaken. Theaters en bioscopen zaten tot de nok toe vol. De sfeer op straat was warm en gezellig. Met name de enorme, feestelijk verlichte kerstbomen trokken in de avonduren veel bekijks. Volgens diverse kranten deed de uitstraling in het historisch centrum van Den Haag denken aan A Christmas Carol, het beroemde verhaal van Charles Dickens. 

De geldbeluste en gierige Ebenezer Scrooge zou tevreden zijn geweest want de omzet was voor iedereen flink gestegen. Het belangrijkste doel werd meer dan behaald. Den Haag was als kerststad op de kaart gezet. Alle betrokkenen keken dan ook uiterst tevreden terug. Maar er werd al snel vooruitgeblikt. Het plan om het Haagse kerstfeest in 1940 groter en mooier te laten worden, kreeg na de jaarwisseling al vorm. Niet wetende dat een naderende oorlog de wereld zou veranderden. 

Het enige wat aan het feest ontbrak, was de sneeuw. Maar op tweede kerstavond dwarrelden de eerste witte vlokken naar beneden. In de daaropvolgende dagen bedekte een dik pak Den Haag. De takken van de kerstbomen bogen flink onder de zware, witte bedekking. De sneeuw zorgde voor mooie plaatjes en uitbundige pret, maar ook voor veel ongemak. De bossen en parken waren smetteloos wit maar de straten en wegen kleurden al snel kleverig zwart. Een tegenstelling die ook terug te vinden was in de berichtgeving en meningen over het Haagse kerstfeest. Want ondanks het grote succes was er ook kritiek. Een paar kranten, geloofsgemeenschappen en organisaties vroegen aandacht voor de andere kant van Den Haag. De hongerige werklozen en slecht betaalde arbeiders die vooral tijdens de feestdagen de bittere ontberingen het hardst voelden. Want het waren niet deze armoedzaaiers die smulden van de heerlijke kerstdiners en genoten van de voorstellingen. Zij stonden met aftandse kleding, lege magen en verkleumde ledematen voor de mooi versierde kerstbomen in de stad. Een Haags lichtpunt in de duisternis van velen. 


Details

  • Schrijver

    Jan Kaffa
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Kerst in de Grote Halstraat. Foto: Harry van Reeken
  • Editie

    23-2022

Meest gelezen artikelen