Skip to main content

De Blauwe Tram uit beeld verdwenen


Gelijktijdig met de opheffing van de HTM-buiten-lijn naar Leiden via Wassenaar werd in de loop van donderdagavond 9 november 1961 de tramexploitatie op de nog enig overgebleven Blauwe Tramlijn Leiden-Den Haag v.v. abrupt in Voorburg beëindigd en moesten de aanwezige passagiers de laatste Blauwe Tram verlaten en overstappen op een gereedstaande NZH-bus. Officieel zou deze overgang twee dagen later hebben plaatsgevonden, maar de directie van de NZH was beducht voor calamiteiten omdat minder prettige ervaringen waren opgedaan bij eerdere opheffingen. Slechts enkele ingewijden waren van deze historische omzetting op de hoogte gebracht en voor velen kwam de opheffing dan ook als een volslagen verrassing. 

De drie personeelsleden van de laatste tram uit de richting Den Haag werden ter hoogte van de Voorburgse remise aan de Parkweg door de burgemeesters van Leidschendam, Voorschoten en Voorburg toegesproken en ontvingen als dank een kistje sigaren. Daarna verdween het NZH-Tweelingtramstel A 619/620 + B 15 in de remise aan de Parkweg en werden de remisedeuren afgesloten achter het forse vervoermiddel met gerieflijke zitplaatsen. Voor comfortabel openbaar vervoer betekende deze omzetting een terugval en gemis van deze fraaie Blauwe Trams, met immer vriendelijk personeel. Bij een eerdere opheffing was op de voorkant van de laatste Blauwe Tram een bord bevestigd met de veelzeggende tekst: “DIE ROT BUS WORDT NOOIT ZO KNUS!”

Een paar jaar daarvoor was de tramhalte Weverslaan in Voorburg al beklad met de noodkreet: “HOUWEN DIE BLAUWE”.  Vier dagen later, op maandag 13 november, gingen de remisedeuren weer open en vertrokken de Blauwe Tramstellen successievelijk en in vaak nogal merkwaardige samenstellingen naar hun laatste bestemming Allemansgeest. Daar werd het nog aanwezige trammaterieel bijeen gedreven op het terrein tussen Voorschoten en Leiden, nabij de Korte Vliet; hier vielen de fraaie rijtuigen in slopershanden, die in een tijdsbestek van bijna drie maanden er korte metten mee zouden maken. De trams werden in brand gestoken, zodat alleen het metaal overbleef, waar het de slopers tenslotte om te doen was. Vanuit de wijde omtrek werden strooptochten door liefhebbers naar deze locatie ondernomen om nog wat tramonderdelen te bemachtigen. Mede dankzij deze reddingsacties kon op de plaats des onheils gelukkig nog aardig wat erfgoed worden veiliggesteld van een roemrijke tramgeschiedenis.

De stichting Historisch Genootschap De Blauwe Tram, opgericht in 1985, is deze ‘redders’ dan ook bijzonder dankbaar, want hierdoor kon haar erfgoedcollectie de afgelopen decennia worden uitgebreid met een verscheidenheid aan voorwerpen. Bovendien kon bruikbaar materiaal worden ingezet voor tentoonstellingen, restauraties van nog bestaande NZH-trams en ook voor de nieuwe reconstructie van de legendarische Tweelingtram in Haarlem, zoals o.a. originele bouwtekeningen uit 1932. Van oud-NZH-personeelsleden uit de regio’s Leiden, Haarlem en Amsterdam ontving het Genootschap heel wat voorwerpen, zoals uniformstukken, jubileumoorkondes en foto’s. Door de jaren heen is er een omvangrijk fotoarchief ontstaan, onder andere uit nalatenschappen en van diverse bekende ‘hobby’ fotografen, zoals Luud Albers, Hans van Engelen en Dick van den Engh.

De laatste Blauwe Tramsporen, die zich nog in het wegdek van de Bezuidenhoutseweg in Den Haag bevonden, werden 22 jaar na de opheffing aan het Genootschap overgedragen. De leden zaagden een gedeelte van de rails in 150 stukken en brachten die met volgnummer en certificaat van echtheid aan de man. Dit ter herinnering aan het feit dat zestig jaar geleden in 1924 de NZH-tramverbinding tussen Leiden en Scheveningen tot stand kwam. Op initiatief van het Genootschap is dertig jaar na de opheffing, precies op de plaats waar zich in Voorburg destijds de tramremise bevond, (het huidige Van Wassenaer Hoffmanplein) een gedenkteken onthuld. Een sierbetonnen bovenleidingmast, voorzien van plaquette en een authentiek stuk tramspoor werd aangelegd. Bovendien is hier door de gemeente een informatiezuil geplaatst, een zogenaamd Stadsbaken en op het trappenhuis van een naastgelegen appartementencomplex is een afbeelding van de Blauwe Tram op ware grootte te zien. 

Vanaf 1962 verzorgden leden van het later opgerichte Genootschap tentoonstellingen in musea en bibliotheken om zo de geschiedenis van dit fraaie en grootste trambedrijf van Nederland levendig te houden. Zelfs in de Jaarbeurs te Utrecht en in het Haagse Hotel des Indes werden exposities over de Blauwe Tram ingericht. Een deel van de museale collectie is momenteel en het hele jaar 2022 te zien in het Haags Openbaar Vervoer Museum (HOVM). Vanaf begin volgend jaar wederom ook in het Voorschotens Museum in de Voorstraat. 

Voor meer informatie kunt u kijken op www.blauwetram.nl

 


Details

  • Schrijver

    G.J. Groenveld
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    De slopers bij een brandende Tweelingtram
  • Editie

    22-2021

Meest gelezen artikelen