Skip to main content

Sanering van de Schilders- wijk en Transvaal (deel 2)


In dit artikel deel ik graag mijn belevenis in de zestiger jaren omtrent de planning en de uitvoering van de sanering van de Schilderswijk en Transvaal. In de vorige editie las u hier al over en vandaag weid ik uit over de ontwikkeling van De Houtzagerij, het sport- en badcomplex aan de Hobbemastraat.

Ruim een halve eeuw geleden maakte de hoofdarchitect van Gemeente ‘Werken in Den Haag’ de plannen bekend voor het binnen gedeelte van de huizenblokken die omgeven waren door de Houtzagerssingel, Rubensstraat, Herderslaan en de Hobbemastraat. Het deel stond bekend als terrein van houthandel Dekker, die een deal had met de gemeente Den Haag over uitplaatsing van bedrijven naar de randgebieden. Zichtenburg aan de Lozerlaan bleek de ideale plek; zowel gunstig voor houthandel Dekker en daarnaast was het een geweldige idee om op deze oude plek in de Schilderswijk een sportcomplex te creëren. De plannen werden tentoongesteld in de Kerk van de Hobbemastraat - die op dat moment nog niet gesloopt was. ‘De Houtzagerij’ moest het pronkstuk worden van de toenmalige Dienst Sport en Bad accommodaties, gevestigd op het Zieken en onder directie van de heer Smits. Piet Vink was in die tijd gemeenteraadslid.

Alle bestaande sporthallen en zwembaden hadden in die tijd een bedrijfsleider in dienst als hoogste verantwoordelijke. Maar dit complex was zo omvangrijk, met sporthallen, zwembaden, ruimtes voor vergaderen en creativiteit, en als pronkstuk een tropische tuin. Uiteraard was er dus een warme belangstelling onder de bedrijfsleiders om hier de scepter te gaan zwaaien. Houthandel Dekker maakte gebruik van een ouderwetse aandrijving van het machinepark, door middel van een metershoog vliegwiel dat via drijfriemen de individuele machines in werking stelde en in de kelder was opgesteld. Deze kelder was goed inpasbaar in het project van de tropische tuin. De directeur van de gemeentelijke Plantsoenendienst had de opdracht een ontwerp en inrichting te maken. Er werden zelfs exotische planten uit Malta en ander gebieden overgebracht, door de directeur zelf ter plekke uitgekozen. Piet Vink was in de gemeenteraad een duidelijk voorstander van inspraak door de bevolking in dit project, maar in de zestiger jaren stond het woord ‘inspraak’ nog niet in het gemeentelijk woordenboek, en paste zeker niet in de werkwijze van de afdeling Sport en Bad accommodaties.

In de verschillende werkgroepen rond de openbare speelterreinen werd dit project gezien als kers op de taart. Mevrouw Jo de Visser–Strik, wonende in de Van der Vennestraat, sprak mij aan over de toekomstige Houtzagerij en informeerde of ik bereid was de inspraakplannen te ondersteunen en te introduceren in de verschillende werkgroepen. Mevrouw De Visser was de voorzitster van de afdeling Vrouwen van de Partij van de Arbeid en stond in nauw contact met Piet Vink. In de gemeenteraad had Piet Vink de onvoorwaardelijke steun van Marie Josef van der Ven, een non die voor de K.V.P. In de gemeenteraad zat, en tevens vriendin van Prinses Beatrix. Mijn wens - en uiteraard opdracht van Piet Vink - om voor de bevolking inspraak te geven in het project De Houtzagerij was helaas niet overeenkomstig het beleid van de verantwoordelijke afdeling Sport en Bad accommodaties. Enige medewerking kon ik dus wel vergeten.

Een ommekeer bracht de aanstelling van Piet Vink als wethouder van Jeugd Sport en Recreatie (JSR). Nu stelde de wethouder de regels op en dat was voor sommige topambtenaren een doorn in het oog. De uitgesproken dreiging dat er ook nog een onderste lade was in een bureau was Piet Vink bekend, en met zijn nuchterheid vond hij dit geen probleem. Er kwamen steeds meer medestanders voor het idee; bewoners die meedachten over de activiteiten van de Houtzagerij. Mijn taak was om de reeds gevormde werkgroep van bewoners daadwerkelijk te ondersteunen. In het complex kreeg ik een werkruimte en was dagelijks bereikbaar voor bewoners die om inlichtingen vroegen. Piet Vink, toen nog wonende in de Werkhovenstraat, kon altijd geraadpleegd worden. Ambtelijk liep het stroever, omdat op de afdeling Sport en Bad accommodaties geen enkele belangstelling was voor mijn rol in het geheel, en men bleef onverschillig over het onderwerp ‘voortgang’ of ‘verantwoording’. Piet Vink loste dit simpelweg op door mij vrijstelling te geven van dienst, garantie van salaris en ik hoefde uitsluitend verantwoording aan hem af te leggen.

In de gemeenteraad werd Willem Meijburg gekozen. Een rasechte Schilderswijkbewoner uit de Jan Steen straat. Mede daardoor kreeg Piet Vink steeds meer steun. Ook op het bureau JSR werd versterking binnengehaald in de persoon van Frits de Jong, voorheen een hoofd onderwijzer van de Montessorischool in de Van Ostadestraat, met veel ervaring en een krachtige mening. Ook Gerard Catshoek, voorheen opbouwwerker van het C.B.O., versterkte de partij. Zo zetten we op verschillend fronten gezamenlijk de schouders eronder. De Houtzagerij moest en zou een adviesraad krijgen die inspraak had in het gebruik van de accommodatie. Dit was het beoogde doel en bij de opening trad de adviesraad aan en werd Jan Doorschot benoemd als voorzitter.

De opening werd gevierd met onder andere optredens van De Tee Set, Mouth & MacNeal, en de (jeugdige) charmante Patricia Paay. De beveiliging was in die tijd nog niet professioneel, maar wel noodzakelijk. Het was in handen van de wijk Judoschool van Henry Seriesse. Zuster Marie Josef van der Ven wilde op het feest graag de handen uit de mouwen steken en wij gaven haar de taak om in de openluchtbar bier te verkopen en de lege flesjes vervolgens in kratten tegen de buitenmuur zou zetten. Ze begreep niet dat de stapel waar ze steeds een krat op plaatste maar niet hoger wilde worden. Logisch, want achter de muur stonden twee tieners op trapjes die met haken telkens een hele krat naar boven takelde (als Marie niet keek), en deze lege krat werd vervolgens in de Hobbemastraat te gelde gemaakt bij een winkelier.

Helaas waren er na de opening een aantal problemen. De heer Otten, die de kantine pachtte, had een prachtige schouw gemaakt met koperen pannen als decoratie. Regelmatig verdwenen de pannen. Otten was het zat en hij gaf de pacht door aan de heer De Wolf, een goede bokser uit de wijk. Ook de tropische tuin, het pronkstuk van de inrichting, ging zienderogen achteruit. Planten waren plotseling verdwenen en de papagaaien die in de tuin op standaards zaten hadden zoveel schuttingwoorden van het publiek geleerd, dat het wenselijk was de vogels te verwijderen. Het zwembad bleef gelukkig een succes, en tot op heden maken veel mensen hier gebruik van.

Indien u meer wilt lezen over dit onderwerp, verwijs ik u naar het verslag van de werkgroep ‘De Houtzagerij’, van februari 1972.


Details

  • Schrijver

    Chris van Brakel
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Wethouder Piet Vink opent met een grote sleutel de derde sporthal van De Houtzagerij. Foto: Robert Schreers, collectie Haags Gemeentearchief
  • Editie

    22-2020

Meest gelezen artikelen