Skip to main content

De Haagse Automobilisten Club (1963-2021)


Na mijn militaire dienstplicht ging ik in februari 1965 werken op de afdeling Boekhouding van het Productschap voor Zuivel in Den Haag. Op de Laan van Meerdervoort 84, recht tegenover de voormalige bioscoop Metropool, in het oude gebouw (1879-1931) van het Bronovoziekenhuis.

Als de jongste op de afdeling moest ik zo nu en dan ‘klusjes doen’. Of voor mijzelf danwel voor een oudere collega, zoals naar het archief om wat weg te brengen of op te halen. De chef van het archief, de heer Beutick, was een enthousiast lid van de Haagse Automobi-listen Club (HAC). Bij dat archief moest iedereen wel eens zijn, en velen werden daar dan lid gemaakt van de HAC. Het motto was om ‘het autorijden voor particulieren goedkoper te maken’. Ik kende deze autoclub toen nog niet en ik had destijds ook geen auto. Wel een brommer, maar daar deed de autoclub niet veel mee. Het was de tijd dat de auto nog ‘een heilige koe was’. De auto werd gekoesterd en de poetsmiddelen waren niet aan te slepen. Men was trots op het eigen karretje. Het waren andere tijden!

Een jaar na ons huwelijk in 1968 kochten mijn vrouw en ik onze eerste auto. Een paar jaar oude Volkswagen Kever 1200. Nog zonder benzine meter op het dashboard, wat niet zonder risico was. Ik hield echter de kilometerstand bij in een schriftje en na 400 kilometer ging ik tanken. En ja, ook wij waren trots op onze VW! Gezien het goedkoper maken van het autorijden was ik als beginnend automobilist ook HAC- lid geworden. Onze auto moest toen ook nog getectyleerd worden en dat gebeurde gelijk maar bij de HAC-partner, de gebroeders Visser in Den Haag. Met de HAC-pas met wat korting uiteraard!

De HAC had een dienstencentrum in de Radarstraat in Den Haag. Met een winkel met poetsmiddelen en dergelijke, een garage met tweedehands-auto’s en een autoherstel-bedrijf. Ook werd de ledenadministra-tie daar gevoerd. De HAC telde toen ongeveer twintig duizend leden! In 1986 werd ik bestuurslid en penningmeester. Kort daarop verhuisde de administratie naar een winkelpand aan de Laan van Eik en Duinen. Het dienstencentrum werd verkocht aan een particuliere ondernemer. De HAC werd nu meer een aan de auto gerelateerde kortingenclub, met nog wel een eigen sleutel-ruimte in de Ahornstraat. Deze sleutelruimte werd beheerd door bestuurslid de heer Jansen, een enthousiast en tevens deskundig adviseur in de sleutelwerkplaats. De HAC-administratie (het kantoor) werd nu het centrum van de activiteiten, voor de nodige informatie aan de leden, met name over alle faciliteiten. Ook nieuwe leden konden zich daar aanmelden.

Inmiddels hadden mijn vrouw en ik een wat modernere auto met benzinemeter en auto-radio gekocht. Later zelfs een autoradio op slee. Gemakkelijk mee te nemen bij het verlaten van het voertuig. Eén keer was ik dat vergeten, dat meenemen, en dat heb ik geweten. De radio was wel meegenomen, maar door iemand anders en het ruitje van het rechterportier was aan diggelen. Ik werkte bij het ministerie van OCW in Zoetermeer en had op die (maandag)ochtend een belangrijke vergadering en ik was nog in Den Haag in de Torengarage bij de Jan Hendrikstraat. Door het gedoe met de radio die dag moest ik veel regelen en tevens veel improviseren! Maar het politiebureau was gelukkig aan de overkant. Een radio in de auto was toch wel gezellig, dus heb ik weer een nieuwe gekocht. Toen bij HAC-partner Stoppelenburg aan de Wetering-kade in Den Haag, vlakbij het station (toen nog Staatsspoor). 

Net als de heer Beutick, vroeger bij het Productschap, heb ik bij OCW een groot aantal collega’s lid gemaakt en zelfs een autoclub opgericht. De leden van de OCW-autoclub kregen automatisch het HAC-lidmaatschap erbij. Het zogenaamde collectieve HAC-lidmaatschap. Dat laatste bestond overigens al jaren bij en met andere overheidsinstanties!

Samen met bevriende autoclubs, de EAC uit Deventer en de ANAC uit Eindhoven runden we een automagazine. Elke vereniging met een eigen katern met eigen clubnieuws, ingevlochten in het magazine. Alle leden van de clubs ontvingen één keer per kwartaal een exemplaar. Ik ben nog een tijdje eindredacteur geweest van het HAC-katern. Via dat communicatiemiddel organiseerden we onder andere excursies voor leden, zoals naar autofabrieken, automusea en de Auto Rai. Zo werd een bezoek gebracht aan de Opelfabriek in Antwerpen, het Louwman museum in Den Haag en het automuseum De Rijke in Oostvoorne. Daarnaast organiseerden we cursussen en voorlichting op het gebied van verkeersveiligheid en autotechniek. Dat waren goed bezochte avonden. Ook werden ‘open dagen’ georganiseerd, waar veel belangstelling voor was. Alle diensten en faciliteiten breed uitgestald. Vooral het gratis autowassen bleek in trek (!).

In 2021 werd besloten om te stoppen met de HAC, na bijna zestig jaar. Het concept van kortingen, zelf sleutelen en excursies werkte niet meer. Het ledenaantal was te gering om door te gaan. Automobilisten hadden en hebben het internet als platform om informatie te verkrijgen. Sleutelen aan de auto met alle elektronica kan niet meer. Laat staan het sleutelen aan de elektrische auto. Het enige wat ik denk ik zelf zou kunnen is de stekker erin steken. Toch dacht ik onlangs nog: ‘zou de geschiedenis zich herhalen?’ Via de mail word ik herhaaldelijk attent gemaakt op de vele voordelen van de Senioren-voordeelpas, met voordeel voor uitjes en andere kortingen. Zou een dergelijk concept toch van alle tijden zijn?


Details

  • Schrijver

    Martin Boers
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    De dames van het HAC kantoor op de Laan van Eik en Duinen
  • Editie

    03-2024

Meest gelezen artikelen