Skip to main content

Sophie, vergeten in Den Haag, vereerd in Weimar


Prinses Sophie van Oranje-Nassau (1824–1897) is niet zo algemeen bekend. Toch is zij voor Den Haag en Weimar (Duitsland) van grote maatschappelijke betekenis geweest. Zij maakte de aanleg van Duinoord en het Verversingskanaal mogelijk en in Duitsland is haar naam onlosmakelijk verbonden met het Goethe-Schiller Archiv; het toonaangevende literaire centrum van Duitsland dat vele literaire nalatenschappen herbergt. Wie was deze bijzondere prinses?

Sophie de koningsdochter

Prinses Sophie was de dochter van Koning Willem II en Koningin Anna Palowna, dochter van tsaar Paul I van Rusland. Zij groeide op in Den Haag (landgoed Zorgvliet) en op Soestdijk. Zij kreeg een klassieke opleiding die bij haar positie paste: lessen in Frans, Engels, Duits, Italiaans en Nederlands, maar ook wiskunde en muziek. Zelf heeft zij haar opvoeding ervaren als “veel geleerd wat niet mag, weinig wat wel mag”. Ze was leergierig, ambitieus maar ook ongeduldig. Dit uitte zich in haar vele latere activiteiten.

Als dochter van een koning en tsarendochter luisterde de keuze van de toekomstige echtgenoot nauw. Zij trouwde op achttienjarige leeftijd met Carel Alexander von Saksen-Weimar-Eisenach en ging in de hoofdstad Weimar wonen. Het vorstendom was onderdeel van het Duitse Rijk en had een hoge status. Het had in 1816 een liberale grondwet aangenomen en de hertogelijke familie steunde actief het wetenschappelijke en culturele leven. Terwijl Carel zich voorbereidde op zijn toekomstige taak als Groothertog, richtte Sophie zich op de opvoeding van hun vier kinderen maar ook op het stichten van diverse scholen, een weeshuis en een sanatorium.

Sophie als Groothertogin

In 1853 overleed de vader van Carel en verwierf deze de titel van Groothertog en Sophie die van Groothertogin. Aan hen de taak het werk van de familie voort te zetten. Dat was meer dan alleen staatszaken afhandelen. Eenmaal per week ontving het hof kunstenaars, wetenschappers en musici, om kennis te nemen van hun werk. Frans Liszt was in die tijd Hofkapelmeister en organiseerde vele concerten in de stad. Hij maakte van Weimar een centrum voor eigentijdse muziek, waar jonge talenten als Wagner en Brahms regelmatig vertoefden. Een van de eerste initiatieven van Sophie was het oprichten van het Shakespeare Gesellschaft. Zij was zeer gecharmeerd van de schrijver en maakte het financieel mogelijk een grote collectie met werken van Shakespeare op te bouwen. De kleinzoon van Goethe was zo onder de indruk van de kennis en literaire belangstelling van Sophie dat hij besloot het huis van zijn grootvader aan de staat Saksen-Weimar te schenken. 

Vandaag de dag is het Goethe Haus een museum en nog geheel intact. Bijzonder is dat de sobere inrichting geheel ongewijzigd is gebleven, evenals zijn bibliotheek. De literaire erfenis ging naar de Groothertogin persoonlijk. Sophie besloot direct de verzameling onder te brengen in het Goethe Gesellschaft en opdracht te geven voor een uitgave van de Verzamelde werken. Deze imposante uitgave van 147 delen is gerust uniek te noemen en heeft in Duitsland dan ook de naam ‘Sophie Ausgabe’. Na de overdracht van de Goethe-erfenis volgde een tweede, namelijk die van de schrijver en dichter Friedrich Schiller. Ook die nalatenschap werd ondergebracht in een Gesellschaft. Beide collecties zijn nog tijdens haar leven ondergebracht in een speciaal gebouwd Goethe-Schiller Archiv dat is uitgegroeid tot het literaire centrum van Duitsland. Bijzonder is wel dat de twee grootste Duitse schrijvers tijdgenoot van elkaar waren en beiden ook in Weimar hebben geleefd. Geen wonder dat er voor hen gezamenlijk een monument op het Theaterplatz staat.

Sophie in Den Haag

Koning Willem II kocht tijdens zijn leven drie landgoederen langs de Scheveningseweg in Den Haag en vormde die tot een geheel: Rustenburg (nu Vredespaleis), Buitenrust (achter het Vredespaleis) en Zorgvliet (nu Catshuis). Sophie verbleef tijdens haar regelmatige bezoeken aan Den Haag graag op Buitenrust. Zij kwam niet alleen op familiebezoek maar ook om zaken te regelen en om literaire avonden en theatervoorstellingen bij te wonen. Tijdens een van de literaire avonden ontmoette zij Johan Wateler, een gefortuneerde bankier die ook gedichten schreef en vertaalde. Hij bleek zeer sociaal en maatschappelijk bewogen en zette zich in voor verbetering van het levenspeil van de arbeiders en kleine middenstanders. Hij steunde de organisatie van boekhoudcursussen, opende leeszalen voor arbeiders en maakte goedkope boekuitgaven van klassiekers mogelijk. Zijn initiatief om een bank voor goedkope leningen aan arbeiders en winkeliers op te richten, werd door Sophie warm ondersteund. Zij verleende haar naam aan de Oranje Nassau Hypotheek Bank. Deze bank bestaat nog steeds, maar wel na diverse fusies onder de naam ING Westland Utrechtbank. Sophie ondersteunde nog een initiatief en wel dat van Betsy Perk om een Vrouwenvereniging op te richten. Deze vereniging ‘Arbeid adelt’ later ‘Tesselschade –Arbeid adelt’ ging zich inzetten voor de verbetering van de economische positie van vrouwen door hen scholing aan te bieden. Sophie werd beschermvrouw van deze vereniging, hetgeen het werven van geld voor studiefondsen vergemakkelijkte. De vereniging bestaat nog steeds en is zeer actief.

Na het overlijden van koningin Anna Palowna erfde Sophie de landgoederen. Zij verkocht een groot deel van de grond van Zorgvliet aan een exploitatiemaatschappij ten behoeve van de bouw van woningen voor repatrianten uit Indië en de gegoede burgerij. Dit nieuwe stadsdeel, Duinoord, kreeg een lange laan als slagader door de wijk, de Groothertoginnenlaan. Sophie stootte nog een groot deel van haar grond af, nu gratis aan de gemeente Den Haag. Dit om de aanleg van het Verversingskanaal mogelijk te maken. Het stilstaande water in de grachten van Den Haag vormde door de groei van het aantal inwoners in toenemende mate een gevaar voor de volksgezondheid. Bovendien stonk het geweldig in de zomer. Afvoer naar zee was de enige mogelijkheid tot verbetering. Het kanaal, aangelegd in 1885, bood in het begin weinig soelaas omdat afvoer alleen via schutsluizen geschiedde. Een stoomgemaal bracht uitkomst, waarna de kwaliteit van het water in de grachten zienderogen vooruitging. Sophie had bepaald dat de grond alleen gebruikt mocht worden voor de aanleg van een kanaal. Bij de bouw van de Duindorpdam zou een gedeelte van het kanaal gedempt worden, hetgeen in strijd met het legaat was. De erfgenamen van Sophie moest daarom om toestemming worden gevraagd. Dat geschiedde en na een akkoord uit Weimar kon de dam in 2005 feestelijk in aanwezigheid van Prins Michael van Saksen- Weimar-Eisenach in gebruik worden genomen. Een plaquette op de dam herinnert hieraan.

Tot slot

Prinses Sophie van Oranje-Nassau heeft in Duitsland grote bekendheid verworven door haar grote maatschappelijke betrokkenheid en steun aan het culturele leven. In Den Haag is zij weliswaar vereerd met een Groothertoginnelaan en een plaquette, maar haar grote verdienste voor de verbetering van het maatschappelijk welzijn, de woningbouw en de volksgezondheid is in de vergetelheid geraakt.

 


Details

  • Schrijver

    Ton van der Pijl
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Groothertogin Sophie von Sachsen
  • Editie

    4-2022

Meest gelezen artikelen