Skip to main content

Citroën Dyane


Op jonge leeftijd ervoer ik al een verschil in bloedgroepen. Ik herinner mij iemand die mij vol enthousiasme stond te vertellen wat een fantastische auto die Citroën Dyane wel niet was en ik begreep er niets van, want ik vond hem op alle fronten helemaal niets, met mijn voorkeur voor het Italiaanse en Britse autoproduct. 

Zo nu en dan bezocht ik toch de Citroën showroom in de Zeestraat om de eventuele positieve aspecten te ontdekken, maar liep toch vaak met onbegrip de showroom weer uit. Smaken verschillen, dat was mij toen al duidelijk, maar het mooie vond ik wel dat het een bijzonder model was in plaats van veel ‘niets-aan-de-hand’ merken en modellen. Wat model betreft, herkende je hem meteen. Een geciviliseerde Eend eigenlijk, maar zonder nostalgisch verhaal over Franse boeren en eieren in een mandje die niet mochten breken en meer van dat soort emo-stories. Daarom is het ook nooit een echte klassieker geworden. Ik zie ze nu ook nog zelden, maar dat terzijde. Het voordeel ten opzichte van de Eend was een iets eigentijdser model, met iets meer luxe en een iets zwaardere motor die 35 pk leverde ten opzichte van de 2CV6 die er 33 had en ook iets meer cc. De topsnelheid was ook wat hoger, 118 ten opzichte van 110. Tja, vergeleken met de huidige maatstaven zeer klein bier dus. Grapje was dan ook altijd dat je om een inhaalpoging te timen, je geen stopwatch nodig had maar een kalender. Gelukkig waren een paar karakteristieke elementen behouden gebleven, zoals het roldak dat in twee standen vast te zetten was en van binnenuit te openen. De pak-draai-duw-trek versnellingshendel en het platliggende stuur met één spaak. Veel zaken zagen er wat geciviliseerder uit, zoals de snelheidsmeterunit, het ventilatiesysteem, een handgreep en een armsteun en bergvakken in de voorportieren, een stuurslot, een ruitensproeier en wat fraaier afgewerkte hendels voor de verlichting en de richtingaanwijzers. Grappig vond ik wel het design van de deurhendels aan de buitenkant. De zit achter het stuur van de Eend en ook deze Dyane vond ik altijd onplezant. Stoeltjes waarin je volledig wegzakte en die je nergens enige steun gaven en dan dat hooggeplaatste vrachtwagenachtige platliggende stuur. Ik kon er maar niet aan wennen. Hoewel de wat hol ogende portieren een stilistisch grapje leken, was dit een serieuze poging om de portieren steviger te maken dan de platte vorm van de Eend. Rijden met de Dyane was een aparte beleving en vroeg toch wel enige gewenning, wat door de liefhebbers als erg comfortabel werd betiteld. In 1968 kostte de Dyane 4.995 gulden en dat was maar 500 gulden meer dan voor de Eend. Momenteel ligt de vraagprijs voor een mooi exemplaar rond de 6.000 euro. De Dyane werd geïntroduceerd in 1967 en was bedoeld als Citroëns antwoord op de Renault 4. In 1983 liep de laatste van de band. Zoals u zult hebben opgemerkt, was de Dyane niet mijn favoriete auto, maar blijkbaar waren 1.444.583 kopers van dit model het niet met mij eens.

John Vroom


Details

  • Schrijver

    John Vroom
  • E-mail

    Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.
  • Fotobijschrift

    Citroën Dyane
  • Editie

    9-2020

Meest gelezen artikelen